Hybris

Hybris (Oudgrieks: ὕβρις) is het Oudgriekse woord voor overdreven trots, hoogmoed, overmoed, grootheidswaanzin, brutaliteit, onbeschaamdheid met name tegenover de Griekse goden en/of de goddelijke wereldorde. Het woord hybris heeft geen goede Nederlandse vertaling die het begrip volledig dekt, maar kan in de moderne tijd nog het beste omschreven worden met het gezegde ‘hoogmoed komt voor de val’.

De hybris-gedachte is een typisch en veel voorkomend thema in het Griekse denken, dat in verschillende mythen, epen en tragedies en in de ethiek onder allerlei vormen naar voren treedt. De vermetele overmoed van een mens, die, in eigenwaan verstrikt en verblind, zich door niets of niemand een halt wenst te laten toeroepen en in zijn ongebreidelde heerszucht zelfs de hand slaat aan een door de goden vastgelegde wereldorde of tegen het lot, wordt door goddelijk ingrijpen meedogenloos afgestraft.

Karakteristiek daarbij is dat de schuldige altijd zijn eigen ongeluk veroorzaakt, omdat hij na het overschrijden van de (overigens niet objectief bespeurbare) grens of norm met verblinding (Grieks atè) getroffen wordt en niet meer merkt dat hij zijn eigen ondergang tegemoet gaat.

Er bestond in de Griekse mythologie ook een godin Hybris. Zij was de personificatie van het begrip hybris. Ze bracht haar meeste tijd onder de stervelingen door.

De hoofdrolspelers van het Frans Duitse conflict 1870 -1871

image

image
Wilhelm I Koning van Pruisen en na 1871 Keizer van het Duitse Rijk.
image
Napoleon III Keizer van Frankrijk
image
Overgave van Napoleon III aan de Duitsers in Sedan 1870.
image

Januari 1871. Koning Wilhelm I wordt door de Duitse vorsten uitgeroepen tot Keizer van het Duitse Rijk. Het gebeurde in de spiegelzaal van het paleis in Versailles terwijl Parijs omsingeld werd door het Duitse leger. De man in het wit is Kanselier Otto von Bismarck die vanaf dat moment werd gezien als de architect van het nieuwe Duitse keizerrijk.

Het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden

1 en 2 gym bezochten in 2011 het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Nederlands’ mooiste museum over de oudheid.

Het Griekse theater

Hier zie je het oude theater van Epidauros ( Ἐπίδαυρος) Een gaaf voorbeeld van een antiek Grieks theater.Ook als de acteurs fluisterden kon je het bovenaan nog verstaan.De Griekse theaters hadden een geweldige akoestiek.
Bezoek het theater

Het theater van Epidauros is één van de best bewaarde in soort in Griekenland. Het was ontworpen in het midden van de 4e eeuw v. Chr., door de architect en beeldhouwerPolykleitos de Jongere , die eveneens verantwoordelijk is voor de tholos ( een ronde tempel) . De toeschouwersruimte staat rond een cirkelvormige orchestra. Het orchestra was een ommuurde cirkel van aangestampte klei, en in het midden ervan stond een altaar van Dionysos als god van de wijn en vreugde. Het heeft een diameter van ruim 20 meter. Aan het verschil in vorm van de onderste en bovenste rijen is duidelijk te zien dat er twee bouwfasen zijn geweest. Er waren eerst 34 rijen zitplaatsen, een eeuw later is dit met 21 plaatsen uitgebreid, zodat het aantal toeschouwers van 6500 naar 12.300 steeg. De eerste rij was voor de aanzienlijke mensen, en de eerste drie zitplaatsen waren voor de eregasten. Die waren rood en hadden een rugleuning. Ook waren ze wat lager dan gewoonlijk zodat ze op een kussen konden zitten. Onder de zitplaatsen zat een soort boog die het geluid terugkaatste, wat samen met de vazen onder het podium voor een goede akoestiek zorgde. De westelijke zijdeur waardoor het koor eerst opkwam is gemaakt uit brokstukken van de oude zijdeuren, de oostelijke is gemaakt uit nieuw materiaal. Van het oorspronkelijke kerngebouw is alleen nog maar een zaaltje met vier zuilen over. Door de smalle opening kwam je op een trap die je naar het toneel leidde. Van het oorspronkelijke toneelgebouw is bijna niets meer over: alleen de kern, een zaaltje met 4 zuilen. Het theater werd gebouwd toen Aischylos, Sophokles en Euripides al twee eeuwen dood waren, maar hun werken werden toch veel gespeeld tijdens de toneelfeesten. Er werd namelijk eens in de 4 jaar de grote Asklepieia gehouden, ook wel panhellenische spelen genoemd. Eerst waren er alleen sportwedstrijden, maar later ook wedstrijden tussen zangers, musici en toneeldichters in het theater, en kwamen er wagenrennen in het stadion. Asklepios was de god van de geneeskunst. Nog steeds worden hier elke zomer worden antieke tragedies in het Nieuwgrieks opgevoerd.

KIJK OOK HIER VOOR MEER INFORMATIE OVER EPIDAUROS

LEES MEER OVER THEATER IN HET OUDE HELLAS

Egyptische goden ( polytheisme )

De Egyptenaren geloofden niet in 1 god, maar in meerdere goden. Iedere god had zijn eigen taak. In veel gebieden hadden de goden weer andere namen. Iedere grote stad had ook zijn eigen beschermgod. De Egyptenaren maakten tempels voor de goden en dachten dat de goden daar leefden. Iedere dag brachten ze eten en drinken naar de tempel.

De belangrijkste goden op een rijtje

  1. Horus (verbonden met de farao, hemelgod)
  2. Seth (vijand van Horus en Osiris) : god van stormen en wanorde
  3. Thoth (maangod en god van de schrijfgod, het tellen en de wijsheid.
  4. Chnoem (god die de mensen vormt op zijn pottenbakkerswiel)
  5. Hathor (godin van de liefde, geboorte en dood)
  6. Sobek (krokodillengod, heer van de Fajoem)
  7. Ra (of Re of Amon, de zonnegod)
  8. Ptah (maakt ook mensen en dieren, vaak verbonden met Ra)
  9. Anoebis, god van het mummificeren.
  10. Osiris, god van de landbouw en heerser van de onderwereld.
  11. Isis, vrouw van Osiris, moeder van Horus, beschermgodin met toverkracht. Later ook een belangrijke god voor de Romeinen.

Om in het dodenrijk te komen, moest je eerst naar Osiris. Hij besliste samen met 42 rechters over je lot. Er werden vragen over je leven gesteld.

“Heb je iemand vermoord ?” of “Heb je iemand bedrogen ?”

Je moest antwoorden met “ja” of “nee” Ondertussen werd je hart gewogen op een weegschaal. Aan de ene kant van de weegschaal lag je hart, en aan de andere kant de “veer van de waarheid” Als je loog tegen Osiris, raakte de weegschaal uit balans. Als dat gebeurde, werd je opgegeten door Ammit, een vreselijk monster met de kop van een krokodil, het lijf van een leeuw en poten van een nijlpaard. Alle antwoorden die je gaf, werden opgeschreven door Thoth. Als de weegschaal in balans bleef en je had goed geleefd, mocht je naar de “eeuwige velden”, anders werd je opgegeten door Ammit. Anubis bediende de weegschaal en bracht je naar Osiris.

ZONNELIED van ACHNATON

 

Gij verschijnt prachtig in de lichtwoning des hemels, o Aton, levende die het eerst hebt geleefd! Wanneer gij opgaat in de oostelijke lichtwoning, vult gij alle landen met uw schoonheid.

Wanneer gij blinkend en groot zijt, schitterend en hoog boven alle landen, omvatten uw stralen de landen tot de uiterste zone van al wat gij gemaakt hebt. Wijl gij de zon zijt, bereikt gij hun uiterste zone.

Gij knecht ze voor uw beminden zoon. Ofschoon gij verre zijt, zijn uw stralen op de aarde; hun ogen zien u, hoewel men uw gangen niet kent.

Wanneer gij ondergaat in de westelijke lichtwoning, ligt de aarde in duisternis, als ware zij dood. De slapers bevinden zich in hun kamer met omhulde hoofden; het éne oog ziet het andere niet. Wanneer al hun bezittingen gestolen worden – zelfs al liggen zij onder hun ‘hoofd, zij merken het niet. Alle roofdieren komen uit hun holen te voorschijn, al het kruipende gedierte bijt.

Wordt het verlichte huis verduisterd, dan ligt de aarde in zwijgen, want hij, die hen gemaakt heeft, is ondergegaan in zijn lichtwoning.

In de ochtendschemering gaat gij weer op in de lichtwoning, gij straalt als Aton bij dag, gij verdrijft de duisternis, gij zendt uw stralen neer en de beide landen zijn in feeststemming, de mensen ontwaken en gaan staan op hun voeten; gij hebt hen opgericht. Zij wassen ,hun lichaam en trekken hun kleren aan; hun armen zijn in aanbidding geheven voor u, wanneer gij verschijnt. De gehele mensheid verricht haar werk, alle dieren doen zich te goed aan hun weide. Bomen en planten worden groen. De vogels, die opvliegen uit hun nesten – hun vleugels zijn in aanbidding geheven voor uw wezen. Alle gedierte huppelt op zijn voeten; al wat opvliegt en neer strijkt – zij leven, wanneer gij voor hen opgaat. De schepen varen stroom af en stroom op en ook alle wegen liggen open, wanneer gij verschenen zijt. De vissen in de rivier springen op voor uw aangezicht, want uw stralen dringen door tot in het binnenste der zee.

O, gij die zaad herschept tot vrouwen, die vocht tot mannen maakt, die het kind in leven houdt in de schoot zijner moeder, die het sust, zodat het. niet schreit, voedster in de moederschoot, die lucht schenkt om leven te geven aan al wat gij maakt. Verlaat het de moederschoot op de dag zijner geboorte, dan opent gij zijn mond geheel en zorgt voor zijn nooddruft. De jonge vogel in het ei, die in de schaal reeds spreekt -gij geeft hem daarin lucht om hem in leven te houden. Gij hebt hem in het ei zijn bepaalde tijd gesteld om het te breken, en op zijn bepaalde tijd kruipt hij uit het ei om te spreken. Hij loopt op zijn voeten, zodra hij eruit gekropen is.

Hoe talrijk is wat gij gemaakt hebt, het is teveel om te zien. O, enige God, wien geen ander evenaart, gij hebt de aarde om uwentwil geschapen, gij alleen: mensen en alle klein en groot gedierte, al wat zich op aarde bevindt, dat zich voortbeweegt op voeten, wat er is in den hoge en vliegt met zijn vleugels, de vreemde landen, Syrië en Nubië, en het land Egypte. Gij hebt ieder mens op zijn plaats gesteld. Tongen en oren zijn gescheiden door de talen, hun karakter en ook hun uiterlijk is verschillend. Gij hebt onderscheid gemaakt tussen Egypte en de vreemde volkeren: gij hebt een Nijl gemaakt in de onderwereld, gij brengt die, naar het u behaagt, om de Egyptenaren in leven te houden, daar gij hen gemaakt hebt voor u, hun aller heer, die u moeite voor hen geeft, heer van alle landen, die voor hen opgaat, Aton van de dag, ontzagwekkende. Doc,h ook van alle verre vreemde landen maakt gij de leeftocht: gij hebt een Nijl in de hemel geplaatst, die voor hen neerdaalt en die op de bergen waterstromen .vormt als de zee, om hun akkers te bevochtigen met hetgeen hun toekomt. Hoe uitnemend is uw voorzienigheid, o heer der eeuwigheid! De Nijl in de hemel, hij is bestemd voor de vreemde volken, voor al het gedierte in den vreemde, dat zich voortbeweegt op voeten. Egypte daarentegen bezit de Nijl. die uit de onderwereld komt.

Uw stralen voederen alle tuinen; wanneer gij opgaat, leven en groeien zij Voor u. Gij maakt de seizoenen om op te kweken al wat gij gemaakt hebt, de winter om hun koelte te geven, de hitte opdat zij u ervaren. Gij hebt de hemel verre gemaakt om daarin op te gaan om te zien al wat gij gemaakt hebt, gij alleen. Wanneer gij opgaat in uw gedaante als levende Aton, schitterend en stralend, ver en toch dichtbij, maakt gij talloze gedaanten uit u, den éne: steden, dorpen en akkers, weg en rivier. Alle ogen schouwen u tegenover zich, zolang gij de Aton van de dag zijt boven de aarde. Zijt gij dan heengegaan, dan zullen alle ogen, wier gezicht gij geschapen hebt, u niet meer zien, noch iets wat gij gemaakt hebt. Doch ook dan zijt gij in mijn hart.

Waarom de Belgen niet bij Nederland bleven

28

Na de Franse overheersing keerde de zoon van de stadhouder Willem V in 1813 terug naar Nederland om er het koningschap te aanvaarden. Dat was een duidelijke breuk met het verleden. Willem I werd niet, zoals zijn vader, stadhouder in alle gewesten, maar koning van een eenheidsstaat. En daarin speelde hij de politieke hoofdrol.

In 1815 werden de voormalige Oostenrijkse Nederlanden (het huidige België) met het grondgebied van de Oude Republiek verenigd om te dienen als buffer tegen het verslagen Frankrijk. Zo ontstond het Verenigd Koninkrijk, voor Europese begrippen een middelgroot land met een groot koloniaal bezit. De energieke Willem (bijnaam ‘koning-koopman’) probeerde de oude economische bloei te herstellen door in de drie delen van zijn land (het noorden, zuiden en Indië) de sterke kanten van de economie te stimuleren. Het zuiden, waar al vroeg een Industriële Revolutie had plaatsgevonden, moest zich richten op de productie van consumptiegoederen, de handelaren uit het noorden moesten die producten vervolgens de wereld over brengen en de inwoners van de koloniën konden ten slotte de kostbare tropische goederen leveren. De koning liet tussen Noord en Zuid kanalen en wegen aanleggen om het vervoer van de goederen te vergemakkelijken. Zelf trad hij ook op als investeerder. Voor de handel met Nederlands-Indië richtte hij in 1824 de Nederlandsche Handelmaatschappij op. In Indië werd het cultuurstelsel ingevoerd, dat de inlandse bevolking verplichtte, een deel van het jaar op het land te werken voor het koloniale bewind. De producten werden dan door De Nederlandsche Handelmaatschappij verkocht.

Ondanks zijn economische activiteiten, viel de koning bij de Belgen niet in de smaak. De Belgische liberalen zagen in hem een vorst die uit was op de absolute macht en niet bereid was om meer inspraak van de ontwikkelde elite te dulden. De Belgische katholieken maakten bezwaar tegen de inmenging van de protestantse koning in de opleiding van priesterstudenten. In 1830 lieten de Brusselaars zich door de aria ‘Amour sacré de la patrie’, die in hun schouwburg ten gehore werd gebracht, inspireren tot een opstand.

2692Willem I stuurde er een leger op af, maar dat mocht niet baten. België verkreeg zijn onafhankelijkheid. Niettemin hield hij het leger nog negen jaar op de been, tegen hoge kosten, wat zijn reputatie in Nederland ernstig beschadigde. In 1839 erkende hij eindelijk de Belgische onafhankelijkheid. Het jaar erop deed Willem I gedesillusioneerd afstand van de troon.

1812 de veldtocht van Napoleon naar Moskou

image

Wie een Rus begroet met ‘Cher ami’, kan op wantrouwen rekenen. Omgekeerd verzucht een Fransman ‘C’est la Bérézina!’ als hij diep in de problemen zit. Angela Dekker reisde tweehonderd jaar na de fatale veldtocht van Napoleon tegen Rusland van Vilnius via Minsk, Smolensk en Borodino naar Moskou, op zoek naar sporen uit het verleden.
‘Studianka, 27 november 1812’
‘Bij het aanbreken van de dag kwamen we in Studianka, waar twee bruggen moesten worden gelegd over de beroemde rivier de Berezina, op zichzelf de naam van rivier niet waard: die was twaalf meter breed en iets meer dan een meter diep.
De voorste linie die het eerst de rivier moest overtrekken bestond uit het 56ste Regiment van Linie, het 128ste dat ik commandeerde en een Regiment Lichte Infanterie. Duizend man op z’n hoogst. Dat was het rampzalig aantal overlevenden van de ruim 1600 man die naar Rusland waren getogen. We stonden vooraan en konden dus de bruggen zien bouwen. […]

Hoe die arme pontonniers het hebben volgehouden heeft ons allen verwonderd. Ze moesten tot aan hun borst of tot onder de armen het water in om de schragen vast te zetten. Ze moesten er eerst in en er dan weer uit. Eenmaal uit het water waren hun kleren binnen het halfuur zo stijfbevroren alsof zij in blik waren gekleed. Ik denk dat er niet één heeft overleefd.’
image
Studianka, maart 2012
De huidige datsja’s aan het stroompje door het Wit-Russische moeraslandschap dat hier boven is beschreven zijn van latere datum. De oorspronkelijke huisjes zijn destijds afgebroken en de balken tot schragen verwerkt, waarover losse planken kwamen.

Jacobus Antonius Tellegen (1771-1855), wiens verslag van Napoleons terugtocht bewaard is gebleven, rept niet over het lot van de oeverbewoners. De Nederlandse luitenant-kolonel Tellegen maakte deel uit van Napoleons leger. Na de annexatie van Holland stelde Napoleon in oktober 1810 de onbezoldigde dienstplicht in. Naar schatting 25.000 Nederlanders zijn betrokken geweest bij de veldtocht naar de ‘barbares du Nord’.

Tellegen noteert op 28 november wel het passeren ‘op een wenk van Napoleon’ van de twee Bailey-bruggen avant la lettre over de Berezina. Al bereikte hij met niet meer dan 200 soldaten van zijn aanvankelijk ruim 1600 man tellende 128ste regiment de overkant.

De troepen na hem waren minder fortuinlijk. Nog geen dag later liet Napoleon, beducht voor het aanstormende Russische leger en nog voor zijn eigen manschappen de overkant hadden bereikt, de bruggen in brand steken. In een poging over de resten en de ijsschotsen toch de overkant te halen, raakten mensen en paarden, wagens en materieel te water en trad de rivier zelfs buiten haar oevers.

‘Hier heeft het Russische leger de overwinning behaald op de Napoleontische legers,’ luidt de tekst op het eenvoudige roodbakstenen monumentje. Even verder markeert een zwerfkei bij een waterput de tweede brug met de tekst: ‘De heroïsche daden van het Russische volk zullen eeuwig in onze herinnering blijven.’

De cijfers variëren afhankelijk van Russische en Franse bronnen, maar minstens 20.000 man kwam om in het ijskoude water. De tijger was gewond, zou de Russische veldmaarschalk Koetoezov hebben gezegd, maar niet geveld. De Franse keizer was de Russen te slim af geweest, schrijft Tellegen in zijn verslag. ’s Nachts had de avant-garde zich vanuit de patstelling ‘zeer stil’ in beweging gezet en was via het twintig kilometer verderop gelegen Studianka ontkomen.
image

Obelisk
Het desolate Studianka is tegenwoordig een zomerdorp waar huisjes te huur zijn met uitzicht op de meanderende, nog altijd ondiepe rivier. De bruggen zijn nooit hersteld en we moeten omrijden om de oever te bereiken waar Tellegen aan land ging. In een eerder gerooid koolveld staat een obelisk. Ook deze is getooid met een adelaar, maar dan een Russische, die met dubbele kop waakzaam en superieur naar beiden zijden uitkijkt over het rivierlandschap. ‘Voor de gevallen soldaten eeuwig leven in de hemel en voor de overlevenden grote roem’, aldus de boodschap van maarschalk Koetoezov op de gedenknaald.

Conform de Sovjetvisie honderd jaar later werd de obelisk als gedenkteken vervangen door een monument honderd meter verder. Daar gaan de onverschrokken boerin, soldaat met geweer en partizaan met bijl de strijd aan met het Franse invasieleger. De oorspronkelijke obelisk is in ere hersteld sinds de onafhankelijkheid van Wit-Rusland in 1991. Het land maakte economische groei door met de petrochemische en vrachtwagenindustrie, maar ook hier heeft de crisis toegeslagen.

Politiek maakt president Loekasjenko zich onmogelijk bij mensenrechtenactivisten in Wit-Rusland en Europa. Mijn chauffeur heeft er zijn eigen gedachten over: ‘De recente executie van de vermeende dader van de bomaanslag in de metro van Minsk moet het volk afleiden van de werkelijke problemen.’ Eerder heeft hij zijn handel in auto’s uit het Westen gestaakt wegens de hoge invoerrechten in zijn land. Hij vestigt nu zijn hoop op een webwinkel in tweedehandsartikelen.

Het huis van Natasja
Uit een van de huisjes langs de ongeplaveide weg van het naburige dorp komt rook. Op het erf scharrelen wat kippen en een poes. Na langdurig kloppen verschijnt de bejaarde bewoonster Natasja met hoofddoekje. Ze nodigt me uit in haar onderkomen, waar de geur het gebrek aan riolering verraadt. Gevolgd door haar poes neemt ze plaats op haar opengeslagen bed tegen de achtergrond van een tapijt met ingeweven hertjes en een opgespeld icoontje van een madonna met kind. Haar man – met pet – zit op een krukje en blijft tijdens het gesprek wat glazig uit zijn ogen kijken.

‘Wat ik van Napoleon weet?’ Natasja schudt haar hoofd. ‘Onder de grond van onze kolchoz moeten vele Franse soldaten zijn begraven, maar nu staan er kool, uien en aardappelen.’ Het paar leeft alleen; de kinderen wonen in Minsk, zestig kilometer naar het zuidwesten. Op de vraag naar nazaten van de bewoners van toen slaat ze haar helderblauwe ogen op naar het verveloze plafond voor ze zich wendt tot de journalist.
image

‘Lieve schat, ons land is in 1812 verwoest; de huizen zijn in brand gestoken en de bewoners zijn gevlucht of vermoord. Nadien zijn er tijdens de Revolutie en de burgeroorlog velen gesneuveld of vermist geraakt, dan wel gedeporteerd naar de Goelag onder Stalin. Ik was een tiener toen de Duitsers hier in de zomer van 1941 binnenvielen en in de regio 619 dorpen inclusief de bewoners met de grond gelijk hebben gemaakt als represaille tegen de partizanen.’

Ze zucht. ‘We moesten voedsel geven aan beide partijen: ’s nachts aan de partizanen, overdag aan de Duitsers.’ Sporen van de fatale veldtocht van Napoleon zijn alleen terug te vinden in de monumenten aan de rivieroever, weet ze. ‘De Sovjets hebben ooit een poging gedaan een koets met goudstaven op te duiken, maar ze hebben niets gevonden.’

Minsk
De resten die wel bewaard zijn gebleven bevinden zich in het Historisch Museum van Minsk, gevestigd in een van de monumentale Stalin-straten van de Wit-Russische hoofdstad. In de vitrines liggen kanonskogels, knopen, gespen, steken en tal van Franse munten. De variatie in kleurige uniformen van Russische en Franse soldaten moet het moeilijk hebben gemaakt goed en fout van elkaar te onderscheiden.

Al is er aanvankelijk niet veel gevochten. Het Russische leger trok zich terug bij de komst van het grootste Europese leger tot dan toe. Een document getuigt van een theatervoorstelling in het stadspark van Minsk over de feestelijke overtocht van de Njemen, de grensrivier met Rusland, en de daaropvolgende ‘bevrijding’ van Vilnius.

De Franse imperator stelde de voormalige adellijke machthebbers zelfbestuur in het vooruitzicht in plaats van de Russische bezetting, en werd met gejuich binnengehaald. Litouwers, Wit-Russen en Polen trokken gezamenlijk in de meer dan twintig nationaliteiten tellende Grande Armée op tegen de Russische legers van Alexander I.

Tussen Minsk en Polotsk
Het landschap van Vilnius via Minsk, Polotsk, Vitebsk en Smolensk naar Moskou is vlak. De Grande Armée kon snel opschieten, temeer omdat Catherina de Grote de weg, die nog altijd parallel loopt met de huidige snelweg, eerder had laten opknappen en verbreden.

Onafzienbare landbouwgronden van de hier nog altijd functionerende kolchozen worden afgewisseld door al even eindeloze berkenbossen. Tussen kleurige dorpshuisjes en een enkele treurige Sovjetflat staan hooibergen, gekloofde houtvoorraden en soms een paard en wagen.

Een wegrestaurant bij een aandoenlijk ouderwetse variant op de Efteling verwijst ons voor de wc naar een immense beer in de sprookjestuin. De keuken serveert smakelijke draniki, huisgemaakte aardappelpannenkoekjes.

Mijn tafelgenoot in camouflagepak spoelt ze weg met glaasjes lokaal gestookte crambambula. Hij weet wie Napoleon was: ‘Een crimineel die zijn land heeft aangevallen, maar met de staart tussen zijn benen moest terugkeren.’ Dat heeft hij op school geleerd, zegt hij, waarna hij zich weer op zijn glaasje concentreert.

Dwina
Even buiten Polotsk aan de Dwina stuitte de Grande Armée op 1 augustus 1812 voor het eerst op flinke weerstand. Jacobus Antonius Tellegen was erbij, schrijft hij in zijn verslag. ‘Beide legers hadden zoveel verliezen geleden dat geen van beide lust had om de strijdbijl weer op te pakken, althans niet voor half oktober. Al die tijd zijn we in het kamp bij Polotsk gebleven. We hadden aan alles gebrek; soms kregen we om de drie dagen een stuk brood. Meel, rijst en beschuit moesten uit Wilna [Vilnius] komen, een afstand van 80 uur van Polotsk [300 kilometer]. Het meel was doorgaans bedorven. Het was zo stevig gebakken en rook zo muf dat je het niet meer kon verwerken. Het bederf was ontstaan door zware regen na onweer, gevolgd door enorme hitte.’

Polotsk
Op weg naar het kloostercomplex Heilige Verlosser, waar het Franse leger destijds zijn bivak had, rijden we over de ‘bloedbrug’. Tijdens de terugtocht in oktober sneuvelden hier aan beide zijden 7000 slachtoffers. De begraafplaats is tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Duitsers vernietigd, net als bijna heel Polotsk, vertelt de geheel in het zwart geklede zuster Olga.

Ze gaat voor op de hoge trap naar de cel van de heilige Eufrasinia, de gefortuneerde dochter van de prins van Polotsk, die haar familie en hof vaarwel zei en in 1125 het klooster heeft gesticht. De later heilig verklaarde non kopieerde de rest van haar leven theologische boeken en bracht haar nachten geketend door op een stenen bankje in haar cel. Olga wijst op de schitterende Byzantijnse fresco’s van Eufrasinia en andere heiligen, die tijdens de huidige restauratie bijna ongeschonden tevoorschijn komen.

Tijdens de Slag bij Polotsk zijn vele soldaten krijgsgevangen gemaakt of gedeserteerd, onder wie de Twentenaar Johannes Damink. De deserteur uit het 124ste Regiment – 1,80 meter lang, blond haar en blauwe ogen – keerde een maand later terug naar het leger en belandde in een eenheid die ver buiten de frontlinie opereerde.

Terwijl van zijn oorspronkelijk 2400 man tellende regiment niet meer dan twintig officieren en achttien onderofficieren de oorlog overleefden, kwam infanterist Damink heelhuids thuis in Tukkerland en trouwde in april 1916 de weduwe van een gesneuvelde kameraad.

Vitebsk
In Vitebsk nam de Franse keizer zijn intrek in het gouverneurshuis, waar ruim een eeuw later Isadora Duncan haar moderne dansen zou vertonen en tegenwoordig het hoofdbureau van de geheime dienst zetelt – in Wit-Rusland nog steeds KGB geheten. Op het plein ervoor staat een gedenknaald voor ‘de helden van 1812’, waarin kogelgaten uit weer een volgende oorlog.

Schuin aan de overkant hangt het grafische werk van Marc Chagall, die zijn geboortestad in 1923 om politieke redenen voorgoed verruilde voor Frankrijk, maar de koepels van Vitebsk altijd liet terugkeren in zijn werk.
image
Smolensk
Napoleon liet op 18 augustus de vestingstad Smolensk – met 38 uitkijktorens – na een eerdere belegering en aan beide kanten minstens 10.000 gesneuvelden, grotendeels in vlammen opgaan. Boven het voormalige Franse hoofdkwartier wappert de stadsvlag met feniks.

‘Smolensk rijst altijd weer op vanuit de as,’ stelt Ludmilla Melnikova vast. ‘Of het nu door de Tataren, Litouwers, Polen, Fransen of Duitsers is vernietigd.’ De azuurblauwe kathedraal die in 1812 juist was afgebouwd, heeft de tand des tijds ongeschonden doorstaan. De Fransen hebben haar zelfs verrijkt met de geborduurde icoon van de Graflegging van Christus. ‘Ze moesten de gestolen kunstschat uit Moskou tijdens de terugtocht hier achterlaten,’ weet de kunsthistorica met een glimlach te vertellen.

Het museum van Smolensk heeft naast de collectie parafernalia ‘Franse veldtocht 1812’ ook 15.000 gravures over de oorlog van 1812. In de categorie ‘Karikaturen’ valt de afbeelding op van een Franse soldaat die met een sabel in de aanslag een boer begroet met de woorden: ‘Cher ami’ – oftewel: ‘Je voedsel of je leven.’ Cher ami heeft vandaag de dag nog steeds een negatieve betekenis in de Russische volksmond.

Andere prenten tonen de wrede Russische afrekening met de Fransen, die in de kookpot gaan of een bijl in de rug krijgen. Napoleon wordt ontdaan van zijn steek, slaat op de vlucht of wordt ondanks het aanbieden van zijn kroon en leger aan de roulettetafel door de dood terechtgewezen: ‘Rien ne va plus.’

Langs de gerestaureerde vestingmuur staat een hoge rots waar een Galliër, belaagd door twee oppermachtige adelaars, vergeefs tegenop poogt te klauteren. ‘De vijand heeft uw muren vernietigd, maar niet uw hart,’ schreef Koetoezov in een brief aan de overlevenden van de stadsbrand, en hij kreeg vervolgens de eretitel ‘Prins van Smolensk’ toegekend.

De trein naar Borodino
‘Kwam Moskou zomaar, oompje, zeg ’ns/ Nadat het in de as gelegd was/ Toen onder Frans gezag? Er waren toch schermutselingen/ En, naar ze zeggen, geen geringe!/ Heel Rusland heeft herinneringen/ Aan Borodino’s slag.’
De wagonhostess in de trein van Smolensk naar Borodino heeft het gedicht van Michail Lermontov als kind op school uit haar hoofd moeten leren en geniet zichtbaar van de lofzang op de Russische soldaat en de nostalgische roep om verbroedering. Het is snikheet in de trein. Buiten ligt een dik pak sneeuw; binnen lopen de peuters in luiers en bewegen hun vaders zich met ontbloot bovenlichaam. Er wordt uitgebreid geluncht, met gebraden kippenpoten en ingemaakte augurken, en de hostess serveert thee uit de samowar in Russische theeglazen.

De Russen gebruikten de tactiek van de verschroeide aarde. De Grande Armée nam stad na stad in, maar trof geen proviand en helaas wel vergiftigd water aan. Aan de vooravond van de Slag bij Borodino was Napoleon al 200.000 man – eenderde van zijn troepenmacht – verloren aan ziekten, desertie en honger.

Borodino
Tijdens de meest bloedige slag, op 7 september, die in twee keer werd uitgevoerd – één keer voor en één keer na de lunch – vocht het Franse leger met 132.000 man en 598 kanonnen tegen het 117.000 man tellende Russische leger met 624 kanonnen. De Fransen telden na afloop 35.000 doden, gewonden en vermisten, de Russen 45.000. Napoleon won de strijd.

Het sneeuwt op het vroegere slagveld. De wind beneemt de adem op de destijds acht kilometer brede frontlijn. Tegenover het museum, een voormalig hospitaal voor veteranen, staat het indrukwekkende mausoleum voor de gesneuvelde ‘God van de strijd’: generaal Bagration.

Ook de vermist geraakte Alexander Toetsjkov heeft een eigen gedenkteken. Zijn weduwe liet op de plek waar hij zou zijn gesneuveld een klooster bouwen. De nonnen bidden er nog steeds voor het zielenheil van de gesneuvelde Russen en Napoleon-strijders. Ze lagen een jaar lang op het slagveld voor ze samen zijn verbrand en rusten sindsdien onder twee houten kruisen even buiten de kloostermuur.
image
Twentenaar Johannes Rickhoff was actief in de Slag bij Borodino. De kurassier, uitgerust met harnas, helm, pistool, karabijn en sabel, veroverde met zijn regiment de aarden vesting van de Rajevski Redoute. Hij werd krijgsgevangen gemaakt, overleefde en zou later weer veilig thuiskomen.

Dat is bijzonder. Wie aan de plaatselijke bevolking werd overgedragen, wachtte de marteldood of levende verbranding. De bevolking had geleden onder de oorlog, de woede was groot. Het totaalaantal krijgsgevangenen wordt geschat op 150.000 tot 200.000. Wie aan de volkswoede ontkwam, werd gedeporteerd naar Siberië of de Oeral, maar zou al in 1813 in vrijheid worden gesteld en zich zelfs in Rusland mogen vestigen.

Tweehonderd monumenten staan er verspreid over het voormalige slagveld van Borodino, soms afgewisseld door een gedenkteken voor de slachtoffers van de Duitsers. Die kozen tijdens de Tweede Wereldoorlog met Operatie Barbarossa dezelfde route.

Moskou
Na het verlies van Borodino besloot opperbevelhebber Koetoezov in overleg met de tsaar Moskou door Napoleon te laten innemen. Het gebrek aan voedsel en de winter zouden vanzelf het einde van de ‘Corsicaan’ bepalen. Zijn vechtlustige generaals zagen niets in deze strategie.

Het overleg vond plaats in het houten huisje van Fili, tegenwoordig een museumpje vlak achter het juist gerenoveerde Panorama Borodino in Moskou. De ene schoolklas na de andere vergaapt zich tijdens de rondleiding aan het immense doek. De slag is hier van uur tot uur, van het begin tot het eind, afgebeeld, compleet met smeulend huisje, verlaten karren, kanonnen en zieltogende paarden op de voorgrond.
image

Eenmaal voor de poorten van het Kremlin trof de Franse keizer tot zijn ontsteltenis de stad met honderden koepels aan in lichterlaaie. Drie weken lang wachtte hij vergeefs op de capitulatie van tsaar Alexander I. Tot de voedselaanvoer volkomen was gestagneerd en hij op 19 oktober bevel gaf terug te keren.
image

Berezina
Op dat moment sloeg Koetoezov toe. De uitgehongerde, verzwakte Grande Armée werd tijdens de barre, ijskoude terugtocht voortdurend bestookt. Napoleon ontkwam bij de Berezina, mede door de inspanningen van de Hollandse pontonniers. Enkele tienduizenden hebben de overkant niet gehaald.

C’est la Bérézina staat voor een Fransman nog steeds synoniem met een diepe crisis. Wie de overkant wel haalde, ging gekleed in alles wat hij onderweg te pakken had kunnen krijgen.

Vilnius
Op 9 december kwam de uitgehongerde, oververmoeide en in lompen gehulde horde aan in het Franse hoofdkwartier in Vilnius. In 2002 werden ze gevonden, tijdens de aanleg van een nieuwbouwwijk in Vilnius-Noord. Het vergeten massagraf bevatte de resten van 3269 lichamen en zes paarden. Ze zijn met militaire eer herbegraven in een van de heuvels van begraafplaats Antakalnis, tussen de oorlogshelden, schrijvers en dichters.
image

Napoleon had op 6 december zijn troepen verlaten wegens een poging tot een staatsgreep in Parijs. Hij had het bevel overgedragen aan zijn zwager Murat, die uit angst voor de Russen twee dagen later op zijn beurt vertrok. Met hem nam ook de rest van het leger de benen, althans wie daartoe in staat was. Bijna 10.000 zieken en gewonden bleven achter.
Toen de Russen zich op 10 december meester maakten van de stad, waren de straten bezaaid met bevroren lijken. In het Arsenal-museum in het centrum van Vilnius ligt tussen resten uniformen, een schoen met hakje en enkele oorringen, ook een knoop van het 123ste Regiment in de vitrine.

Het betrof een Nederlands regiment, en de knoop is dus mogelijk van een Hollander, meent forensisch specialist Rimantas Jankauskas op zijn kamer aan de Universiteit van Vilnius. Hij heeft de resten van de duizenden soldaten onderzocht en pakt ter illustratie een schedel uit de vitrinekast met een gat tussen de hoektanden: ‘Een pijproker.’
Aan het gebit en de botten kon hij aflezen dat de soldaten aanvankelijk goed getraind en fit waren. Toch vond hij opmerkelijk veel botbreuken, waarschijnlijk veroorzaakt door plundering van de militairen in bevroren toestand. Jankauskas vond ook sporen van luizen die een bacteriële infectie overdragen. ‘Ze waren verantwoordelijk voor zeker eenderde van het aantal slachtoffers.’ Jankauskas verwacht in de toekomst nieuwe vondsten: ‘Volgens Russische bronnen moeten er acht massagraven in de omgeving van Vilnius zijn.’
image

Langs de weg
‘Voorwaarts, voorwaarts was ons parool, naar Wilna [Vilnius], waar we op 7 december aankwamen, bijna dood van de felle kou.’ De Nederlandse luitenant kolonel Tellegen was tijdens de terugtocht gewond geraakt. ‘Mijn degen was doormidden geschoten. Ik had al verschillende kogels door mijn kleren zien gaan, toen ik een kogel in mijn linkerborst kreeg die twee ribben brak, waarvan ik nog de littekens kan laten zien. Ik moest het slagveld verlaten. […]

Langs de weg zagen we soldaten zich warmen rond een vuur; sommigen onder hen waren al dood. Ook op de weg lagen mensen te creperen; anderen waren al gestorven. Geen wonder, zonder voedsel en kleding. Slapen was ondenkbaar. Wie oververmoeid in slaap viel, wachtte de eeuwige slaap.’

Tellegen was een van de 50.000 overlevenden van de Grande Armée. De generaal majoor stierf na ruim vijftig jaar diensttijd op 68-jarige leeftijd in 1855. Zijn uniformjas met kogelgaten uit de oorlog van 1812 hangt in het Legermuseum Delft.

Met dank aan Gerrit Tellegen.

Interview : SPQR de Romeinen

image

‘De Romeinen scheppen een woestijn en noemen dat vrede’
In haar boek SPQR beschrijft oudhistoricus Mary Beard hoe Rome van klein stadje aan de Tiber uitgroeide tot middelpunt van een wereldrijk. ‘Via de Romeinen kunnen we nadenken over onszelf en over hedendaagse problemen.’
Door: Marjanne Romkes-Foppen

Waarom heeft u de raadselachtige titel SPQR gekozen?
‘Dat is een afkorting van het Latijnse Senatus Populusque Romanus, wat “de senaat van het volk van Rome” betekent. Ik heb die titel gekozen omdat de Romeinen zichzelf zo noemden, maar ook omdat de titel nog steeds wordt gebruikt als motto van de stad. Het is een prachtige zin die lang heeft standgehouden. Daarbij kom dat de ‘’P’’ in de afkorting staat voor populus, het volk. Dit om te laten zien dat we niet alleen moeten focussen op de elite, maar het volk niet moeten vergeten als we naar de Romeinse geschiedenis kijken. Ik hoop dat deze licht verwarrende titel mensen nieuwsgierig maakt.’

Vertelt u ook het verhaal van de gewone Romeinen?
‘Je kunt de geschiedenis van het Romeinse volk niet schrijven als die van een modern volk. Er is nu eenmaal te weinig bronmateriaal overgeleverd. Maar als je erop gaat letten, zitten in de bronnen van de elite allerlei verhalen verborgen over gewone mensen. In Plutarchus’ verslag van het leven van Marcus Antonius met Cleopatra zat bijvoorbeeld een prachtige beschrijving van het leven in de paleiskeukens. De mensen in de keukens wisten nooit wanneer Antonius en Cleopatra wilden eten. Ze hadden zes of zeven ovens op verschillende tijden aanstaan, zodat de twee op elke gewenst moment een grootse maaltijd hadden.’

‘Je kunt de geschiedenis van het Romeinse volk niet schrijven als die van een modern volk’
Hoe kon Rome zich van een klein dorpje ontwikkelen tot het centrum van het enorme Romeinse wereldrijk?
‘Ik heb gekeken naar het verhaal dat de Romeinen zelf over de oorsprong van de stad vertelden. Dat hoeft niet waar te zijn, maar geeft aan hoe de Romeinen over zichzelf dachten. Toen de mythische Romulus zijn broer had vermoord, realiseerde hij zich dat er geen mensen waren om zijn pas gestichte dorp te bewonen. Hij verklaarde vervolgens dat iedereen welkom was in Rome – of hij nu zwerver, vluchteling of crimineel was. Dat is een interessante oprichtingslegende, daaruit blijkt dat de Romeinen zichzelf als immigranten beschouwden.’

‘Het Romeinse succes kan voor een deel vanuit deze open houding worden verklaard. Vaak wordt gedacht dat Romeinen oorlogszuchtiger waren dan andere volkeren, maar er is geen reden om dat aan te nemen. Wat de Romeinen anders deden, was dat ze de veroverde volkeren incorporeerden als bondgenoten. Dat gaf hen snel een groot machtsoverwicht, ze konden niet worden verslagen.’

Wat zijn de grootste misvattingen over de Romeinen?
‘Veel mensen denken dat de Romeinen een plan hadden om de wereld te veroveren, maar daar zie ik geen aanwijzingen voor. Toen ze eenmaal een imperium hadden, konden ze zich verbeelden dat ze een plan hadden gehad. De Romeinen hielden van winnen en van de economische voordelen van het rijk, maar het werd min of meer per ongeluk zo groot’

‘Een andere misconceptie is dat de Romeinen niet nadachten over wat ze deden. In werkelijkheid kwam de grootste kritiek op het rijk van de inwoners zelf. Critici vonden dat de vele veroveringen het rijk corrumpeerden of dat Caesar moest worden berecht voor oorlogsmisdaden.’

‘Een derde grote misvatting betreft de slavernij. Dat was geen raciale slavernij, zoals wij vaak denken. De Romeinen hadden de gewoonte slaven na verloop van tijd vrij te laten. Een vrijgelaten slaaf werd Romeins burger. In het jaar 150 had de meerderheid van de burgers een slavenafkomst.’

Hoe komt het dat de meeste Romeinse keizers de geschiedenis zijn ingegaan als schurken? Waren ze dat ook echt allemaal?
‘Dat weten we niet, want we hebben geen ooggetuigenverslagen. Het is belangrijk om te beseffen dat bijna alle bronnen over deze leiders na hun dood tot stand zijn gekomen. De basisregel is hier: als een keizer werd vermoord, werd hij door zijn tijdgenoten afgeschilderd alsof hij een complete schurk was. Als hij thuis in bed stierf en werd opgevolgd door zijn zoon, dan kreeg hij een betere pers. Moderne populaire historici zijn geneigd de negatieve verhalen te geloven, maar ze vragen zich niet af waarom die werden verteld. Overigens was het karakter van individuele keizers niet zo heel belangrijk. Het Romeinse Rijk functioneerde ongeacht wie op de troon zat.’

‘Het Romeinse Rijk functioneerde ongeacht wie op de troon zat’
Kunnen we van de Romeinse geschiedenis leren?
‘Ik denk niet dat we direct kunnen leren van de Romeinen. Het is lang geleden en ze hadden een andere cultuur, maar ik denk wel dat ze ons beter kunnen laten nadenken over onszelf en over hedendaagse problemen. Tacitus zei over de Romeinse veroveringsdrang: “De Romeinen scheppen een woestijn en noemen dat vrede.” Ik denk dat er nog steeds geen betere kritiek te vinden is op militaire verovering.’

‘Ik hoop dat lezers nadenken over westerse militaire interventies in het Midden-Oosten, over de keren dat we vrede wilden brengen en een woestijn veroorzaakten. Ook zijn er overeenkomsten met de vluchtelingencrisis. Het zou goed zijn als mensen naar het oude Rome kijken en beseffen dat het idee van illegale migranten daar niet bestond. Er zijn andere manieren geweest om Europa te leiden dan we nu doen.’

Mary Beard, SPQR, Athenaeum, 544 p., € 29,99.

Obama en de Acte van Verlaetinghe

rijksmuseum%20obama%20rutte%20anp

President Obama bekeek op 24 maart 2014 in het Rijksmuseum de Acte van Verlaetinghe, het stuk waarin de Staten Generaal in 1581 Filips II als vorst in de Nederlanden afzetten.

De opstellers van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring van 4 juli 1776 werden door de Acte van Verlating sterk geinspireerd. Ook zij zetten hun vorst af. Koning George van Groot Brittannie reageerde met strijd die de Amerikaanse rebellen wonnen. De Verenigde Staten werden geboren. Nederland erkende als tweede land de VS.